Flexibilisering van arbeid wordt vaak in één adem genoemd met employability: de inzetbaarheid van de medewerkers.
Verhoging van de employability verhoogt de kansen van de werknemers op doorstroming binnen de organisatie en ook naar buiten.
Wat is employability?
Employability is een samentrekking van de woorden employee (werknemer) en adaptability (aanpassingsvermogen). Het begrip wordt
breed gebruikt, maar de inzetbaarheid van de medewerkers is altijd het kernbegrip. Employability is het vermogen van de medewerkers
om te reageren op veranderingen in de arbeidstaken en werkomstandigheden.
Binnen de organisatie kan de employability van de werknemers worden verhoogd door het aanbieden van scholing, mogelijkheden om andere
werkervaringen binnen het bedrijf op te doen en door het verhogen van kennis van de interne en externe arbeidsmarkt. Zo zijn werknemers
in staat om niet alleen binnen, maar ook buiten de eigen werkorganisatie uiteenlopend werk te verrichten.
Het voordeel van de werkgever bij het voeren van employability-beleid is, dat de onderneming sneller kan anticiperen en reageren op
technologische en marktveranderingen. Bij noodzakelijke organisatieveranderingen zijn de medewerkers ook op andere plaatsen en functies
inzetbaar. Bij een goed beleid dat gericht is op de employability van de medewerkers is de onderneming aantrekkelijk voor (jonge) talenten
binnen hun ontwikkeling.
Verhoging van de employability is ook de eigen verantwoordelijkheid van de medewerkers. Door zichzelf te ontwikkelen,
door het volgen van cursussen en door open te staan voor ontwikkelingen in en buiten het vakgebied maakt de werknemer zich niet afhankelijk
van de werkgever. Het voordeel van de werknemer is, dat hij breed opgeleid en breed inzetbaar is. Dit verhoogt zijn kansen op de arbeidsmarkt,
mocht zijn functie komen te vervallen. Door de brede inzetbaarheid loopt de medewerker minder kans dat hij op een dood spoor zal komen.