De Beleggingsadviseurs
BRIC-landen
Rin Visser - ABN Amro Bank, Senior beleggingsadviseur
Opkomende markten blijven aantrekkelijk voor beleggers. Door outsourcing, de relatief lage rente
en goede economische vooruitzichten is er sprake van een grote kapitaalstroom richting de opkomende
markten. Mede vanwege de aantrekkelijke vooruitzichten voor de kapitaal-markten van deze landen, in
het bijzonder Brazilië, Rusland, India en China (BRIC). De revaluatie van de Chinese Yuan kan
een positief effect hebben op de binnenlandse groei in China, waardoor deze naast de export kan gaan
zorgen voor een stevig fundament onder de economie. Een belangrijk risico voor de Chinese economie
is de aanhoudende stijging van de olieprijs, een zeer voorname grondstof. Naast China blijft ook
India populair onder beleggers. Dit land met 1 miljard inwoners maakte de laatste 15 jaar een groei
van 6% per jaar. De economische vooruitzichten blijven goed. Brazilië profiteert nog steeds
van de grote vraag naar grondstoffen vanuit China, de sterke wereldwijde aanwas van liquiditeiten
en de lage rentestanden. De economische groei trekt duidelijk aan, voornamelijk door toenemende
consumentenbestedingen. De export blijft krachtig en de lage inflatie brengt renteverlagingen
dichterbij. Rusland heeft één van de meest opvallende aandelenmarkten onder de
opkomende markten. Allereerst vanwege de relatief lage waardering van Russische aandelen. In
veel sectoren bedraagt de gemiddelde k/w verhouding van grote bedrijven 7 á 8. Dat is
ongeveer de helft van de waardering van vergelijkbare ondernemingen op de West-Europese beurzen.
Een andere drijvende factor op de Russische markt zijn de aanhoudende prijsstijgingen op de markten
voor ruwe materialen. Rusland profiteert bijvoorbeeld sterk van de hoge olie- en gasprijzen en het
land is momenteel bezig om in versneld tempo haar buitenlandse schulden af te lossen. Met het ABN
AMRO BRIC Open end Certificaat kunt u op eenvoudige manier inspelen op de gunstige ontwikkeling van
de vier BRIC landen. Daarnaast is er een ruime keuze uit verscheidene beleggingsfondsen gericht op
de opkomende markten.Voor u als belegger de uitdaging om die keuze te maken passend bij uw gewenst
beleggersprofiel.
|
Chinese Walls
Martin Janse - Fortis bank, Senior beleggingsadviseur
De Chinese muur is niet alleen als bouwwerk bekend, maar ook in de financiële wereld is een
Chinese Wall een bekend begrip. Een financiële instelling is wettelijk verplicht om bepaalde
afdelingen strikt van elkaar te scheiden. Afdelingen die beleggers adviseren mogen geen contact
hebben met afdelingen die bedrijven begeleiden met de uitgifte van effecten. Op deze manier
probeert men te voorkomen dat koersgevoelige informatie vroegtijdig uitlekt. Handel met
voorkennis is nu eenmaal niet toegestaan. Toch lees je nog regelmatig dat de Chinese Walls niet
altijd perfect hebben gewerkt. In 2004 is er nog een grote bank door de toezichthouder AFM onder
de loep genomen omdat een bepaald type obligatie, vlak voor de uitgifte van een nieuwe versie
van die obligatie, een opvallend koersverloop liet zien. Nadat vroegtijdig de voorwaarden van
de nieuw uit te geven obligatie uitlekten naar de afdeling vermogensbeheer zijn adviseurs van
die afdeling klanten gaan benaderen om die te adviseren de minder aantrekkelijke (soortgelijke)
obligatie te verkopen. Hierdoor hadden deze klanten een voorsprong op de rest van de markt. Dit
is een geval van frontrunning. Gelukkig betreft het hier een uitzondering. Effecteninstellingen
doen er alles aan het niveau van integriteit hoog te houden. Permanente opleiding voor medewerkers,
toezicht op de privé-beleggingstransacties van medewerkers maar ook een interne afdeling
Compliance die toeziet op het naleven van de regels helpen hierbij. Integer handelen en een goede
naam zijn cruciaal voor het vertrouwen in de effectenbranche.
|
Telekommer en kwel
Arian Bakker ING bank, Hoofd beleggen
De beste sectoren dit jaar zijn Energie en Nutsbedrijven, de slechtste is Telecom. Dat bedrijven
in de olie-industrie het dit jaar zo goed doen is te verklaren door de olieprijs. Voor de
koerswinsten van Nutsbedrijven is ook een overtuigend argument: de stabiele inkomstenstroom
garandeert bijna een jaarlijks terugkerend dividend dat steeds gunstiger afsteekt tegenover
de gedaalde rentestand. Maar dan de Telecomsector. Nu de door UMTS opgelopen averij is gerepareerd,
lijken de meeste Telecombedrijven weer op de ouderwetse nutsbedrijven die het vroeger waren. Cash
machines dus, die een dividendrendement bieden dat hoger is dan van Nutsbedrijven. Analisten
voorspellen bovendien een hogere winstgroei in de komende jaren en geven gemiddeld een hogere
opinie dan aan Nutsbedrijven. Hun koers-winstverhouding is zelfs - inmiddels - iets lager. Ik
snap niet dat de koersen zo ver achterblijven! Zou het komen doordat de sector met dingen bezig
is die de gewone beleggers niet snappen? Het is nogal ingewikkeld om een beeld te krijgen van de
wijze waarop Telecombedrijven de komende jaren geld denken te gaan verdienen. Duidelijk is dat het
huidige bedrijfsmodel van Telecombedrijven drastisch zal veranderen. Maar dan begint de ellende.
Internettelefonie (VoIP) en het gecombineerd aanbieden van telefonie, internettoegang en TV
aangevuld met HDTV en Video on Demand met als ultieme doel de 'convergence' met mobiele
telefonie, zijn de wapens in de strijd met de kabelbedrijven die ook 'triple play' aanbieden,
en dat alles tegen, wegens de concurrentie, lagere kosten. Nou dan weet je het wel. Bovendien
zijn analistenrapporten over de sector vergeven van technische termen. Het is moeilijk om een
concreet beeld te krijgen van de toekomstige propositie van Telecommers; laat staan een oordeel
te hebben over de kans van slagen bij afnemers. En onzekerheid bij beleggers is niet goed voor
aandelenkoersen. Wellicht moeten de Telecommers op communicatiecursus, bijvoorbeeld in Den Haag
voor een lesje Jip en Janneke-taal!
|
Hoe zal het morgen gaan?
Cor Wijtvliet - F. van Lanschotbankiers, Senior beleggingsanalist
Markten kunnen heel irrationeel reageren, en ik heb zo het idee dat de huidige bewegingen op de financiële markten daar een voorbeeld van zijn. De cijfers die tot dusverre naar buiten zijn gekomen, zijn goed te noemen. Iets meer dan 25% van de bedrijven uit de S&P 500 heeft zijn resultaten gepresenteerd en meer dan 70% kwam met cijfers die beter waren dan de verwachtingen. Als de financiële markten echter al in beweging komen, dan gaan ze omlaag. Het heeft er alle schijn van dat zij alleen geïnteresseerd zijn in slecht nieuws. Dat nieuws kan vele vormen aannemen, maar heeft één gemeenschappelijk kenmerk: hoe zullen de resultaten morgen zijn? Goed, het negatieve effect van de hoge olieprijzen valt tot dusverre zonder meer mee, maar hoe zal dat morgen zijn? Het consumentenvertrouwen heeft door orkaan Katrina een knauw gekregen, en wie weet herstelt het zich niet meer. En dan de rente: hoelang blijft de rente nog doorstijgen en wat voor impact zal dat hebben op de winstontwikkeling van de komende kwartalen? In deze context van angst mag het niet verbazen dat bedrijven die niet met de gewenste uitkomsten komen of die niet de mooiste vergezichten schilderen, afgestraft worden. Maar nu de feiten: zowel over het derde als over het vierde kwartaal zal de winst van de Amerikaanse bedrijven gemiddeld met meer dan 10% stijgen. Waarschijnlijk wordt het zelfs 15%. Dat betekent dat zij nu al tien kwartalen een winstgroei van meer dan 10% laten zien. Maar voorlopig blijft het sentiment zoals het was: hoe zal het morgen gaan?
F. van Lanschot Bankiers is positief over Japan
|
Knallend het jaar uit?
Paul Koole - Rabobank Beveland, Senior beleggingsspecialist
De aandelenbeurzen hebben in de eerste negen maanden van 2005 prima gepresteerd. De AEX-index is met ruim 15% gestegen en de Midkap-index deed het met een stijging van 20% nog beter. Ook de buitenlandse aandelenbeurzen hebben mooie rendementen (in euro's) laten zien. In het oog springen Egypte (+ 140%), Rusland (+ 80%), Brazilië (+ 56%), Turkije
(+ 49%) maar ook Japan en Frankrijk hebben behoorlijke stijgingen laten zien van ieder twintig procent. De Verenigde Staten bleven met een stijging in euro's van 13% iets achter. In dollars is er zelfs helemaal geen sprake van een stijging. Een sterk punt is dat de positieve rendementen van de aandelenbeurzen dit jaar niet voornamelijk gebaseerd zijn op gunstige verwachtingen, maar meer een logisch gevolg zijn van de sterke winstontwikkeling van het bedrijfsleven. De winstgroei is hoog geweest en zal naar verwachting in 2005 en 2006 hoog blijven. Bovendien zijn de winsttaxaties van analisten wereldwijd in 2005 gemiddeld genomen naar boven bijgesteld. Wij zijn positief voor de Europese beurzen en ook voor Japan en de opkomende markten. Voor de Amerikaanse markten zijn wij negatief. De economische groei in de Verenigde Staten is hoog maar onevenwichtig. Het grote tekort op de handelsbalans, de oververhitte huizenmarkt en het feit dat de gemiddelde Amerikaan meer uitgeeft dan hij verdient, zijn belangrijke risicofactoren. Daarnaast zijn in Amerika de aandelen relatief hoog gewaardeerd.
|
Aan het werk....
Jack Horvest - SNS bank, Senior vermogensbeheerder
Economen zijn meer en meer overtuigd van het economische herstel in Europa. Daarbij hoort ook een toenemende werkgelegenheid. In de prille herstelfase wordt veelal een beroep gedaan op flexibele arbeidskrachten. Aandelen van uitzendbureaus zouden hiervan moeten profiteren.
Vooralsnog blijven aandelen van uitzenders echter fors achter bij het marktgemiddelde. Naar mijn mening niet terecht. Er is een sterk verband tussen economische indicatoren en absolute omzetgroei bij uitzenders. Hieruit mogen wij afleiden dat de omzet begin 2006 zal toenemen. Om het potentieel van een uitzendaandeel te analyseren is het van groot belang de geografische markten te kennen waar men opereert en in welke tak(ken) van sport. Op basis hiervan zijn de aandelen Adecco en Vedior het meest aantrekkelijk binnen de sector mede door de sterke aanwezigheid in Euroland. De waardering koers/winstverhouding van deze aandelen is historisch gezien laag te noemen. Dus zowel de verwachte winsttoename evenals een betere waardering voor de aandelen kan de koers laten oplopen. Als u ook in het gepredikte economische herstel gelooft, dan biedt deze sector veel potentieel en verdient een plaats in de effectenportefeuille.
|