De beleggingsadviseurs
De glans van goud
Leo Louwerse - ABN Amro Bank
Senior beleggingsadviseur
Regelmatig krijgen we vragen over de aankoop van goud
in de beleggingsportefeuille. Vaak in verband met potentiële
politieke spanningen. In tijden van inflatie en grote politieke
onzekerheid bewijst goud zich vaak als een liquide en 'veilige'
belegging. De beslissing om te kopen is voor veel beleggers op dit moment
echter niet gemakkelijk. Het goud staat namelijk historisch hoog: rond de
USD 670,- per troy ounce. Speculatie? Of ligt er een stevig fundament in de markt?
Recent stond in de Financial Times dat China zijn buitenlandse reserves, momenteel
ruim 1.000 miljard dollar, actiever wil gaan beheren. Momenteel wordt een groot deel
in Amerikaanse overheidsobligaties belegd, maar financiële markten vragen zich al enige
tijd af of China hiermee wil doorgaan. Niet alleen wordt de belegging erg éénzijdig,
ook het dollarrisico wordt groot. Welke alternatieven heeft China? Een belangrijk
criterium is dat China zijn reserves liquide wil houden om uiteindelijk in
de infrastructuur van het eigen land te kunnen investeren. Diversificatie
naar andere valuta ligt dan voor de hand. Naar de euro bijvoorbeeld, maar
ook naar goud. De ervaring leert namelijk dat de prijs van goud de neiging
heeft op te lopen als de dollar verzwakt. Sinds de prijsstijgingen van de
grondstoffen en de enorme exportgroei vanuit Azië naar de rest van de wereld,
is China niet meer het enige land dat beschikt over enorme dollarreserves en
nog bescheiden goudreserves. Wat te denken van Rusland, India, het Midden-Oosten
en Latijns-Amerika? Als deze landen ook maar een deel van hun groeiende monetaire
reserves in goud willen omzetten, ligt er de komende tijd een stevige vraag naar goud
in de markt. Zo krijgt goud als belegging meer glans.
|
Tevreden met tien procent?
Martien Sponselee - Fortis bank
Senior beleggingsadviseur
Wie is er niet tevreden met een procent of tien aan rendement?
Alleen het vermelden van een rendement van tien procent is niet
voldoende om te bepalen of ik blij moet zijn of niet. Wanneer de
relevante benchmark 8 procent deed ben ik een gelukkig man. Als
de benchmark een resultaat van 20 procent liet zien in dezelfde
periode is er genoeg reden om mijn belegging eens goed tegen het licht
te houden. Dit verschijnsel heet relatieve performance. Bij deze vergelijking
is het ook van belang het risico mee te wegen. Risico's nemen is
niet erg wanneer die zich vertalen in een hoger rendement. Hoe moet
je dan bijvoorbeeld een beleggingsfonds beoordelen? Het antwoord is
redelijk eenvoudig. Van elk beleggingsfonds zijn een aantal kengetallen
bekend, zoals de tracking error, information-ratio en de Sharpe-ratio.
Nu is deze laatste een aardige graadmeter om te bepalen hoe goed een fonds is.
De Sharpe-ratio is een getal dat laat zien of de fondsbeheerder in staat is
geweest extra risico om te zetten in extra rendement. Hoe hoger de Sharpe-ratio,
des te beter de fondsbeheerder dit in de vingers heeft. Meer risico nemen moet
namelijk zoveel mogelijk beloond worden met rendement. Wanneer dit niet lukt,
heb je een fonds met een hoger risico dan gewenst en wellicht een tegenvallend
resultaat. Vergelijk wel fondsen in dezelfde categorie, dus geen aandelen met
obligaties. Deze twee categorieën hebben van huis uit al een verschillend
risicoprofiel. De Sharpe-ratio is één van de hulpmiddelen om tot een
verantwoorde keuze te komen.
|
Rendement en Risico
Arian Bakker ING bank
Hoofd beleggen
Het is inmiddels vier jaar geleden dat de aandelenmarkten
het wereldwijd herstel inzetten, na de crash in de jaren 2001
en 2002. Sindsdien is het gemiddeld jaarrendement ongeveer 17%
in euro. Sectoraal gezien rendeerde de sector Basismaterialen het
beste met bijna 28% per jaar en de sector Gezondheidszorg het slechtste met
circa 9% per jaar. Vanuit beleggingsperspectief is echter niet alleen het
gerealiseerde rendement van belang. Ook het risico waarmee dit gepaard ging,
is van grote betekenis. Risico kan onder andere worden gemeten aan de hand van
de beweeglijkheid van de rendementen in de tijd, ook wel volatiliteit genoemd.
De waarde van een hoog rendement over een bepaalde periode is betrekkelijker
naarmate dit gepaard is gegaan met een hoge volatiliteit. Wat betreft de
verhoudingen tussen de sectoren kunnen we dan een paar interessante waarnemingen doen.
Zo blijkt het hoogste rendement van de sector Basismaterialen gepaard te zijn
gegaan met een hoger risico. Rekening houdend hiermee blijkt de sector
Nutsbedrijven het interessantst in de gegeven periode. Verder is het
rendement van de sector Energie het op twee na hoogste geweest, maar
deze sector had ook het op een na hoogste risico. Zo bezien waren de
sectoren Financiële waarden en Industriële waarden interessanter.
Van een dergelijke compensatie van lagere rendementen door een
lager risico was duidelijk geen sprake in de sectoren Gezondheidszorg en Informatietechnologie.
Deze laatste sector had zelfs het hoogste risico van alle sectoren,
maar ook een van de laagste rendementen.
|
De kosten van de klimaatverandering
Cor Wijtvliet - F. van Lanschotbankiers
Senior beleggingsanalist
Je kunt het er inhoudelijk mee eens zijn of niet,
maar dat zal weinig baten. Het recente VN- rapport over
het klimaat zal grote invloed hebben op de richting van onze economie
in de komende decennia. De kosten zullen in ieder geval hoog zijn.
De kosten voor het bestrijden van de gevolgen van de temperatuurstijging
kunnen al snel 3% van het bruto nationaal product (BNP) van de wereld bedragen.
Daarbij komen dan nog de kosten die gemoeid zijn met het beheersen van de uitstoot van CO2.
Die kunnen oplopen tot 5% van het wereldwijde BNP. Volgens sommigen zijn er ook baten
wanneer we erin slagen de uitstoot naar een verantwoord niveau te brengen, zij schatten
zo'n 2% van het BNP. De te verwachten koerswijzigingen op macroniveau werken natuurlijk
door op microniveau en zijn van grote invloed op het bedrijfsleven. Ondernemingen
moeten er rekening mee houden dat een daadwerkelijke klimaatverandering de waarde
van hun product of dienst kan aantasten, en hetzelfde kan geschieden door
wijzigingen in het overheidsbeleid. Te denken valt aan veranderende regelgeving
waardoor competitieve verhoudingen omslaan. Welke sectoren zijn het meest
gevoelig voor alles wat met klimaatverandering te maken heeft? Nutsbedrijven,
uiteraard, maar ook de mijnbouw- en de energiesector. Het is aannemelijk dat de
bouwsector er nadrukkelijk mee te maken krijgt, evenals de onroerendgoedsector.
En natuurlijk ondervinden de farmaceutische industrie en de verzekeringssector er
direct de gevolgen van. Van een win-winsituatie is voorlopig geen sprake.
Van Lanschot Bankiers is positief over Akzo Nobel, ASMi, Nutreco, Crucell, USG People en Fugro
|
Beleggingspolissen en
de Nederlandse (bank)verzekeraars
Paul Koole - Rabobank Beveland
Senior beleggingsspecialist
Beleggingspolissen zijn de laatste maanden volop in het nieuws.
Verzekeraars krijgen het verwijt dat de kosten van een beleggingsverzekering
te hoog zijn en door gebrek aan transparantie verborgen zouden blijven voor de consument.
Wat is de impact van eventuele schadeclaims op de koersen van
Nederlandse (bank)verzekeraars? Researchbureau IRIS heeft een onderzoek gedaan naar
de impact. Van 1993 tot en met 2005 zijn in Nederland in totaal 6,3 miljoen polissen
verkocht, waarvan 25% beleggingspolissen. IRIS schat het basisbedrag van periodiek
betaalde premies over de periode 1999 tot en met 2005 tussen 15 en 20 miljard euro.
Aan de hand van deze gegevens is ervan uitgegaan dat tussen de 5% en 20% vergoeding
wordt betaald. De impact voor de Nederlandse (bank)verzekeraars varieert op basis
van deze aannames tussen 250 miljoen en 3 miljard euro. Dit lijkt veel, maar is
op basis van de gezamenlijke marktkapitalisatie van 190 miljard euro niet van
dien aard dat er een substantiële schade kan worden aangericht. SNS Reaal
is het meest gevoelig en ABN Amro nagenoeg ongevoelig.
In oktober 2006 hebben de koersen een underperformance laten zien die vergelijkbaar
is met het ingeschatte risico. Het lijkt er dus op dat de markt de eventuele schade
al heeft ingecalculeerd en dat de uitkomst van deze kwestie weinig negatieve
gevolgen voor de (bank)verzekeraars zal hebben. Wij zijn niet negatief gestemd
over de financiële sector. Onze favorieten ING en Fortis krijgen van ons een koopaanbeveling.
|
Michèl Beckers - SNS bank
Senior beleggingsadviseur
Iemand die belegt in de asset-categorie aandelen kan dat doen
aan de hand van een bepaalde beleggingsstrategie. Een strategie kan
gebaseerd zijn op het analyseren van de aandelenmarkt door middel van uitsplitsing
in beleggingsstijlen. Onderstaand volgt van 4 stijlen een korte beschrijving,
vergezeld van onze "stijlfavoriet":
- waarde-aandelen zijn gedurende onzekere perioden een veilige haven.
Het neerwaarts risico van deze aandelen is beperkt dankzij de lage koerswinstverhouding
en het hoge dividendrendement. DSM is voor 2007 onze favoriet.
- stabiele groei-aandelen: binnen deze categorie zoeken we aandelen die een stabiele
hoge groei combineren met het behouden van een aantrekkelijke waardering. Van Eriks Group,
een aandeel in de industriële sector, hebben we de hoogste verwachting.
- speciale bedrijfsmatige acties, herstructurering, overname: Nutreco zal dit jaar,
mede ingegeven door het lage renteniveau, haar huidige ruime kaspositie gaan converteren
in een substantiële vreemd-vermogenpositie. Aandeelhouders zullen profiteren als dit
geëffectueerd wordt door goede overnames, inkoop van eigen aandelen of extra dividenden.
- thema-aandelen: deze categorie vertegenwoordigt aandelen die profiteren
van een bepaalde lange-termijn trend, zoals de vergrijzing. Onmiskenbaar
is ook de trend dat de "normale" olie- en gasexploratie aan land steeds
moeilijker en duurder is. SBM Offshore, de wereldwijde leider van "offshore"- olie en
gasproduktie-units, zal van laatstgenoemde trend profiteren.
De keuze van een of meerdere beleggingsstijlen hangt voornamelijk samen met het
verloop van de conjunctuur.
|
|