Stereotypen over het begrip communicatie. De vorige keer was dat
het boodschappenwagentje: volladen, uitladen, klaar. Dat leek
aantrekkelijk, maar bleek niet voldoende. Ditmaal - geheel
toevallig - een andere veelgebruikte vergelijking: communicatie
als voetbalwedstrijd. Een winnaarsmentaliteit kweken, sterker
zijn dan de tegenstander, scoren, klaar. Publiek in extase.
Orders stromen binnen. Bomen groeien tot in de hemel. De vraag
is dan: wie heeft er zo'n lange snoeischaar?
Wij herinneren ons de fraaie '1' op de stropdas van een club uit
de hoofdstad van dit land. Zelden heeft het kweken van een
winnaarsmentaliteit zichzelf zo de das omgedaan. 'Willen' werd
'moeten' en dan helpt zelfs een nieuwe trainer niet meer. In
1974 was er een bepaalde WK-ploeg in de finale veel sterker dan
de tegenstander. En toch bleek dat niet genoeg te zijn.
Onrechtvaardig, onterecht, ontroostbaar. Maar wel de werkelijkheid.
Het lastige van scoren is dat normaliter slechts de helft van
het publiek het kan waarderen. Dat is misschien de reden waarom
zoveel voetballers zich voor goede doelen inzetten. En die lange
snoeischaar, dat zijn de supporters natuurlijk. De grilligheid
van hun gedrag is alom bekend en het witte zakdoekje krijgt men
tegenwoordig bij de seizoenskaart cadeau.
Het mooie van een voetbalwedstrijd is de fysieke aanwezigheid van
een tegenstander, een afgebakend speelveld, een vastomlijnd doel
en de aan-wezigheid van spelregels met handhavingsambtenaar.
In de zakelijke praktijk is dit een situatie om van te dromen.
Want: doelen veranderen van vorm, plaats en afmetingen. Het
speelveld gaat zonder aankondiging over van
sappig gras in akelig asfalt. Er melden zich vele tegenstanders,
waarbij er best een basketbalclub tussen kan zitten. En ten
slotte veranderen de spelregels nog tijdens de wedstrijd, zodat
de scheidsrechter een achterwaartse dunk op het dak van het doel
alsnog als doelpunt laat tellen. Communicatie is net zo mooi als
het leven zelf.