Reeds 30 jaar lang presenteert de Rabobank jaarlijks haar visie op de diverse sectoren
van het Nederlandse bedrijfsleven in haar publicatie Cijfers & Trends. De komende maanden
geven wij in deze column de visie van de
Rabobank Groep op sectoren die ook van belang zijn voor de Zeeuwse
economie.
Sector Industrie
De industrie behoort in Nederland tot de grootste sectoren qua werkgelegenheid en omzet.
De sector is bovendien goed voor ruim 60% van de export van het Nederlandse bedrijfsleven.
De industriële bedrijven zijn zeer heterogeen. Veel bedrijven opereren op specifieke,
welgekozen nichemarkten. In het algemeen is de sector sterk internationaal georiënteerd.
De industrie wordt doorgaans onderverdeeld naar de afzetmarkten die ze bedient. Een gebruikelijk
onderscheid is dat naar de consumentengerichte industrie (zoals voedingsmiddelen, kleding,
meubelen) en de maak- en procesindustrie (zoals machines, schepen, kunststofproducten en chemie).
Perspectief
De Nederlandse industrie leeft op. De omzet steeg in 2006 en vrijwel alle branches droegen
hieraan bij. Vooral de export nam toe, maar ook op de binnenlandse markt was sprake van groei.
De consumentgerichte industrie profiteert van het hogere consumentenvertrouwen en in de
zakelijke markt komt steun van de toegenomen investeringsbereidheid bij bedrijven. Ondernemers
zijn dan ook optimistisch; het producentenvertrouwen is gestegen tot recordhoogte. De gunstige
economische vooruitzichten beloven verder herstel in 2007 en leidt tot een omzetgroei van ruim 4%.
Discussie over productieverplaatsing
Het belang van de industrie en het ingezette herstel kunnen de aandacht niet afleiden van de
discussie over productieverplaatsing naar lagelonenlanden. Door lagere loonkosten elders,
dreigt arbeidsintensieve productie uit ons land te verdwijnen. Overigens blijven de investeringen
van Nederlandse bedrijven in lagelonenlanden tot dusver beperkt. De Nederlandse industrie heeft
de bakens tijdig verzet en bedient vaak specifieke, welgekozen nichemarkten. Deze strategie
maakt de industrie minder kwetsbaar voor concurrentie uit lagelonenlanden. De huidige opleving
in de industrie komt door de aantrekkende conjunctuur, maar ook door juiste strategische
beslissingen van ondernemers. Zij spelen goed in op de kansen die internationalisering biedt
en profiteren van de toegang tot nieuwe afzetmarkten. Bovendien maken bedrijven dankbaar gebruik
van de lage productiekosten elders door het arbeidsintensieve werk te outsourcen of eigen
productielocaties in het buitenland te bouwen.
Juiste keuzes door scheepsbouwers
Illustratief is de scheepsbouwindustrie. Na de algehele malaise in de jaren tachtig, kozen de
overgebleven scheepswerven voor het vervaardigen van technisch hoogwaardige schepen voor
nichemarkten. Inmiddels is de scheepsbouw wereldwijd actief en komt meer dan de helft van de
omzet uit export. Verder is de productiviteit hoog en zijn de scheepswerven weer winstgevend.
Bovendien is rond de branche een uniek kenniscluster ontstaan van bedrijven, onderzoeksinstellingen
en toeleveranciers. Andere branches (onder meer de automotive-industrie) kennen vergelijkbare
clusters. Deze stimuleren de innovatie, wat de industrie helpt haar kennisvoorsprong te behouden.
Perspectief door goede focus
De juiste strategie verschilt per bedrijf. Het ene bedrijf maakt het onderscheid door de fysieke
nabijheid tot de afzetmarkt, wat een voorsprong geeft qua service en leveringssnelheid. Een andere
onderneming moet het juist hebben van innovatie en vernieuwende producten. Ook zijn er fabrikanten
die met een hoge automatiseringsgraad de arbeidsproductiviteit opvijzelen. Voor alle bedrijven is
het belangrijk focus te kiezen en vervolgens te excelleren in de gekozen strategie. Met daarbij
aandacht voor een concurrerende prijs en klantoriëntatie. Ook voor de sector als geheel zijn er
volop uitdagingen. Belangrijke thema's zijn: tekort aan vakmensen, betere aansluiting tussen
onderwijs en bedrijfsleven en versterken van de innovatiekracht. Ondernemers dienen aan deze thema's
te werken en ervoor te zorgen dat ze blijvend op de politieke agenda komen. Verder moeten bedrijven
de aantrekkende conjunctuur gebruiken om knelpunten aan te pakken en de concurrentiepositie te verstevigen.
Dus: de internationale dynamiek omzetten in kansen en zorgen dat ook in de toekomst een rol is weggelegd
voor de industrie in Nederland.